Een vliegveldsituatie wordt gegeven door $(N,k)$, met $N=\{1,2,3\}$ en $k=(50,60,100)$. Bepaal de verdeling volgens de vliegveldregel $A(N,k)$.
$(50,10,40)$
$(50,60,100)$
$(16\frac{2}{3},30,100)$
$(16\frac{2}{3},21\frac{2}{3},61\frac{2}{3})$
Correct: $A(N,k)$ wordt gegeven door
- $A(N,k)_1=\frac{10}{3}=16\frac{2}{3}$,
- $A(N,k)_2=\frac{10}{3}+\frac{40}{2}=21\frac{2}{3}$,
- $A(N,k)_3=\frac{10}{3}+\frac{40}{2}+\frac{10}{1}=61\frac{2}{3}$.
Kortom $A(N,k)=(16\frac{2}{3},21\frac{2}{3},61\frac{2}{3})$.
Fout: Volgens de vliegveldregel betaalt iedere speler niet het laatste stuk dat hij gebruikt.
Zie Vliegveldregel.
Fout: Volgens de vliegveldregel betaalt iedere speler niet het hele stuk dat hij gebruikt.
Zie Vliegveldregel.
Fout: De verdeling volgens de vliegveldregel hangt niet alleen af van je eigen behoeften, maar ook van de behoeften van de andere spelers.
Zie Vliegveldregel.